Puin uit het zonnestelsel
Al meer dan tien jaar verzamelt het AMGC-onderzoeksteam van de Vrije Universiteit Brussel buitenaardse stofdeeltjes in Antarctica, Groenland, de Atacama-woestijn en op daken in de stad. De verzamelde deeltjes die gewoonlijk kleiner zijn dan 2 millimeter worden micrometeorieten genoemd en vertegenwoordigen losgeslagen brokstukken van botsingen in het zonnestelsel die het aardoppervlak bereiken. Meer recentelijk is AMGC ook begonnen met de extractie van fossiele micrometeorieten uit oude gesteenten om hun kenmerken en oorsprong te documenteren en ze te gebruiken als een nieuwe bron van informatie om gebeurtenissen in het zonnestelsel te traceren. Tot voor kort werd gedacht dat micrometeorieten geologische tijdschalen niet overleefden, waardoor reconstructies van de stroom van stof naar de aarde doorheen de tijd niet mogelijk zouden zijn. Maar nu blijkt dat deze kleine stofdeeltjes misschien wel eens de sleutel zouden kunnen vormen om cruciale vragen over de evolutie van ons zonnestelsel én onze planeet te beantwoorden. Door de verzamelde micrometeorieten te bestuderen met geavanceerde analytische methoden kunnen we de aarde beter positioneren in een dynamisch zonnestelsel en de oorzaken en gevolgen van variaties in de flux van kosmisch stof naar de aarde achterhalen.